Mouw van een tunica met dubbele sierband

Inventarisnummer: FT 181
Foto Michel Lechien, Koninklijk Museum van Mariemont
Foto Michel Lechien, Koninklijk Museum van Mariemont

De twee zelfkanten en de afwerkingsboord van deze mouw zijn bewaard gebleven. Twee brede banden zijn versierd met ranken van planten in vliegende draadtechniek. Ze hebben uiteinden in V-vorm, waartussen langs beide zijden vier gestileerde viervoeters staan. Een strooipatroon van rozetten (of sterretjes) en vierkantjes versiert het uiteinde van de mouw.

Herkomst:

Egypte

Periode:

4de - 6de eeuw

Materiaal:

Linnen en wol

Afmetingen:

Ketting: 39 cm, inslag: 28 cm

Verwerving:

Collectie Koptisch textiel Fill-Trevisiol: schenking

Bewaarplaats:

Koninklijk Museum van Mariemont

Legwerk in wol, tekeningen met vliegende draadtechniek

I. Grondweefsel

Ketting:

wol in natuurlijke kleur, S: 13/cm

Inslag:

wol in natuurlijke kleur, S: 22/cm

Binding:

effenbinding met inslagripseffect

II. Delen in legwerk

Ketting:

wol in natuurlijke kleur, S: 13/cm

Inslag:

rode - purperen wol, S: 40/cm

Binding:

effenbinding met inslagripseffect

Speciale technieken:

dieren in legwerk met galen, inslag met de omtrek van het patroon mee ingelegd en details in linnen S2Z; banden versierd in soumak (wol S en linnen S2Z (golven)); dichtbij de afzetboord: 2-2 twijnbinding (S-Z) van de inslagdraden, waarbij 18 x 4 kettingdraden vlottend gelaten zijn over de twijnbinding; deze kettingdraden zijn in effenbinding met inslagripseffect, geweven met rood - purperen wol, resulterend in kleine vierkante motiefjes; geborduurde motieven aan beide zijden van de twijnbinding (S-Z) van de inslagdraden; afzetboord: kettingdraden zijn ingewerkt in twijnbinding (S-Z); zelfkanten: afgewerkt met opgenaaid vingerweefsel: dubbele ketting: gemaakt met wol S2Z

Delen